donderdag 24 februari 2011

De 4e repetitie: Langzaam beginnen er bouwsteentjes te ontstaan voor het mozaïek dat ik voor ogen heb...

Woensdag 23 februari  
Een kortere sessie vandaag. Alleen de middag. Focus ligt vandaag op het genereren van theatraal materiaal op basis van de vertelde verhalen tot nu toe.

Gestart met elkaar volgen in ieders eigen energie, in beweging, stem, spel. Vooral de nadruk op niks bedenken, niet je best doen, maar vooral laten ontstaan en ruimte scheppen voor wat zich wil aandienen.
Heel snel komen we nu in afstemming op elkaar en een gezamenlijke energie. Er komen steeds meer verschillende kleuren aan de oppervlakte. Mijn verlangen om spelers ‘echt’ en transparant te laten zijn op het podium komt in deze opwarming al tot leven.

Vervolgens in tweetallen geprobeerd beelden te maken van delen van vertelde verhalen. Cornee en Mike zijn een duo. Twee spring-in-het-veld jongens die samen een heerlijke dynamische lichte spel- en bewegingskwaliteiten neerzetten. En Marijke en Marieke zijn een duo, twee vrouwen die meteen als één bewegen, organisch en vanzelf. Een prachtig contrast tussen de duo’s.

Als resultaat ontstaan twee beelden. Allereerst het beeld van een vrouw die door een ander naar beneden wordt geduwd en probeert de zwaarte van zich af te werpen. Dat lukt niet, ze eindigt op de grond. Dit kan een herhalend bewegingspatroon worden.

Uitgeprobeerd hoe het is als naast dit bewegingsbeeld tekst klinkt. Wanneer voegt tekst iets toe aan een beeld, wanneer versterkt het het beeld, of communiceert het iets contrasterends?
Ik heb Mike laten vertellen over ambities in het theatervak. Naturel en sec. Later het beeld omgedraaid, Mike werd naar beneden geduwd en Marijke vertelde over het loslaten van ambities en doelen.
Mooi is sowieso het verschil in fysiek tussen beide en hoe dat werkt. Een fragiele vrouw die geduwd wordt communiceert iets anders dan een jonge jongen die sterk genoeg is om iemand op zijn rug te dragen. Interessant is ook het contrast met de vertelde tekst.
Lekker gewerkt en geëxperimenteerd.

Als laatste geluisterd naar meegebrachte muziek van de spelers die voor hen iets te maken heeft met afscheid en/of hun vertelde verhalen. Mooi materiaal weer. Ik ben ontroerd door zoveel kwaliteit.
Marieke blijkt prachtig te kunnen zingen. Dat krijgt absoluut een plek in de presentatie/voorstelling…..
Langzaam beginnen er bouwsteentjes te ontstaan voor het mozaïek dat ik voor ogen heb.

De derde repetitie: De onderzoeksvraag....

Woensdag 16 februari

Vanmorgen met Nelleke gesproken over mijn onderzoeksvraag. Uitgekomen op
Hoe vertaal ik de verschillende manieren van omgaan met verlies naar een theatrale, fysieke vorm?’

Hard gewerkt vandaag. In de fysieke training met name gezocht naar manieren om lichamelijke sensitiviteit naar elkaar te ontwikkelen. Ik ga er van uit dat alles met alles verbonden is, wat betekent dat als een speler op de scène een beweging maakt, een handeling doet, dat op een of andere manier van invloed is op de andere spelers. Direct: een fysieke reactie, en indirect: een reactie van binnen.
Dit vraagt een grote alertheid en concentratie van de spelers en een voortdurend op elkaar afgestemd zijn.
Het is mooi om te zien dat door de groep door deze manier van werken snel vertrouwd raakt met elkaar en er – naast plezier, energie en fysiek gemak – er meer ruimte komt voor subtiele, kwetsbare kanten die met het thema te maken hebben.

Ook weer verhalen verteld aan elkaar. Prachtig verhaal van een speelster over het verlies van onschuld en haar stellige uitspraak dat dat voorgoed voorbij is. De tijd gaat nu eenmaal door en de onschuld van de kindertijd, de tijd voordat er woorden en denken was, komt nooit meer terug. Ze beschreef dat ze soms een uur lang naar een klein kind kon kijken als hij aan het spelen was. Wat is ie aan het doen, waarom doet ie dat, oh nu doet ie dit. Wat mij ontlokte dat haar kijken misschien wel een zijnstoestand was die vergelijkbaar is aan meditatie. De vraag ontstond of het mogelijk is om onschuld terug te vinden.

Aan het eind van de dag geprobeerd om een deel van de verhalen te vertalen naar een beeld.
Een speler plaatste 5 stoelen in een rij achter elkaar, waar van elke stoel symbool stond voor een verlangen dat hij steeds losliet. Ik wil schrijver worden, nee ik wil acteur worden, ik wil dierenarts worden… De laatste stoel had geen doel, er was ruimte, niet weten, een nieuw begin.

Een andere speler liet iedereen op de vloer kris-kras lopen en liep daar zelf achter aan tot ze er uiteindelijk bij neerviel. Symbool voor het achterna lopen van moeten presteren en daar letterlijk van in elkaar storten.

Het wordt tijd om meer en meer theatrale vertaling te zoeken, in beeld, beweging, tekst.
En vooral ook om het persoonlijke te abstraheren.

To be continued.

woensdag 23 februari 2011

De tweede repetitie: Prachtige verhalen, ontroerend en echt...

Woensdag 9 februari  


Hard gewerkt vandaag. Patricia was er niet en meteen voelt de club incompleet.
Ik had iedereen een aantal huiswerkopdrachten gegeven. Een aantal vragen om te beantwoorden en een opdracht.

  1. waar neem je dagelijks afscheid van? Neem dat mee.
  2. Wat zou je graag willen hervinden wat je verloren bent geraakt, en wat zou je daarvoor willen ondernemen? Neem een symbool mee dat verwijst naar wat je verloren bent. 
  3. Waarvan zou je het moeilijkst afscheid kunnen nemen? Als het kan, neem dat mee.
  4. wat gaat er altijd maar door voor jou?

de opdracht:
Neem iets van materiaal mee dat ergens achtergelaten is. Mensen gooien dagelijks van alles weg, nemen afscheid van spullen, dingen enz. Of ze vergeten dingen, in de trein, in een café, of verliezen wat hen dierbaar is.

Maar eerst verder gegaan met bewegingstraining. Iedereen laten aankomen in de ruimte, voor zichzelf laten bewegen, de eigen behoefte van het lichaam volgen. En dan langzaam overgaan van de gewone wereld naar de wereld van het theater en proberen iets samen te creëren.

Aangezien ik in de voorstelling met improvisatie wil werken train ik vandaag onder andere improvisatievaardigheden. In een aantal stadia bouw ik het op: eerst volg je als speler je eigen (bewegings)impulsen, dan kijk je met een perifere blik naar anderen en laat je je inspireren door wat je waarneemt zonder in interactie te gaan, vervolgens richt je je doelbewust op anderen en speel je samen. Belangrijk is om tussen deze drie dingen te kunnen wisselen. Anders blijven spelers continu gericht op elkaar en dat is niet wat ik wil.

Ook gewerkt aan ensemblespel.Hoe maak je samen energie? Eerst duidelijk een leider en de groep als volger, vervolgens  proberen om impulsen organisch te laten ontstaan en meteen als groep in dezelfde energie te komen, samen te weten welk ‘spel’ er gespeeld wordt.
Dat bleek niet makkelijk. Wat is eigenlijk organisch, wanneer ontstaat en wanneer bedenk je een beweging? En wanneer volg je wel of niet een eigen impuls?
Het gaat er natuurlijk om om eigen impulsen binnen een theatraal kader te kunnen inzetten. Maar daar komen we vandaag nog niet aan toe. Muziek werkt soms mee en soms tegen. Het is handig als energizer, sfeermaker, inspirator, maar werkt de koppeling van beweging en stem tegen. Want opbouw van groepsenergie gaat in een eigen ritme en tempo. Dus…. Ik besloot een tijd zonder muziek te improviseren, wat goed bleek te werken.

De hele middag besteed aan de huiswerkopdrachten. Zittend in een kring met in het midden de objecten die iedereen had meegenomen hebben we geluisterd naar elkaars verhalen. Over verlies, over wat altijd maar doorgaat, over symbolen, en gepraat over het verschil tussen iets verliezen of het bewust achterlaten, over wegwerpartikelen zoals een krant of een bierblikje en spullen waar je als mens waarde aan hecht.

Aan het eind vertelde iedereen solo op de vloer zijn verhaal over dat wat ooit is verloren en wat ze graag zouden willen terugvinden. Prachtige verhalen, ontroerend en echt. Verteld op een manier zoals ik dat mooi vind, zonder opsmuk en dichtbij zichzelf.

Later dacht ik verder na over de onderzoeksvraag voor dit project en belandde hier: 
Mijn uitgangspunt is dat leren leven met het besef van vergankelijkheid betekent dat je als mens moet accepteren dat verlies een onderdeel is van het bestaan. Maar… ‘hoe doe je dat? En is het eigenlijk wel mogelijk om verlies en dus vergankelijkheid te accepteren?’

Als mogelijke premisse kom ik dan tot de volgende gedachten:

iets of iemand verliezen leidt tot
- Leren leven met het gemis, de pijn, de leegte    of
- Proberen terug te vinden van dat wat verloren is   of
- Proberen het verlies te compenseren, op te vullen

Waarbij iets dat verloren is gegaan en het proberen terugvinden mij op dit moment het meest fascineert. Acceptatie is mooi, maar ik ervaar zelf de wrangheid van verlies en slechts op momenten aanvaarding. Dit wil ik laten terugkeren in de voorstelling.

De eerste repetitie: Waar te beginnen?...

Woensdag 2 februari 

Vandaag begonnen met het onderzoek bij de Schuur. Een hele leuke mix spelers, van jong en ouder, vrouwen en jonge mannen. Marieke, Marijke, Mike en Patricia en Cornee. Spannende combinatie.

Ik wil op zoek naar ‘een theatervorm die niet-verhalend, grillig, fragmentarisch, esthetisch en echt is’ met een mix van beweging, spel en tekst, muziek en beeld. Met acteurs die dichtbij zichzelf spelen, mede-maker zijn in het proces.

De eerste repetitie. Waar te beginnen?
Eerst trainen. Trainen van de manier van spelen die ik wens te zien. Dus de hele dag is gewijd aan hoe je als acteur op een natuurlijke manier aanwezigheid bent op het podium. Wat is ‘natuurlijk’?

Gestart met een zogenaamde foolscircle. Als het gaat over aanwezigheid moet alles er mogen zijn. Dus de eerste vraag was wat is er nu, op dit moment? Wat speelt zich af in je lijf, in je hoofd, in je emoties. Dit is een training in het waarnemen en delen van gewaarwordingen maar ook de oefening in speler zijn als je aan het woord bent en publiek als je luistert.

We zijn gaan bewegen, improviseren, op elkaar reageren, elkaar leren kennen. Veel heel veel met muziek gewerkt. In het lijf komen, uit het hoofd, hier-en-nu zijn.

Vervolgens heb ik de spelers laten zoeken naar hun eigen zero, hun neutraal, die nooit helemaal neutraal is, maar zo neutraal mogelijk. Ik heb ze stil laten staan voor publiek, naar elkaar laten kijken en proberen de vraag te beantwoorden ‘wanneer ben je als acteur jezelf? Wanneer ben je kwetsbaar aanwezig?’  Het was grappig, ontwapenend, ontroerend af en toe en fascinerend.
Vanuit de zero gewerkt met stil spel, minimaal subtiel stil spel. Geweldig om weer te zien dat zo weinig zoveel vertelt.

Als laatste gebrainstormd over het begrip vergankelijkheid. Als een ware facilitator bloemassociaties laten maken, belangrijke woorden op post-its laten zetten en daarin patronen proberen te ontdekken.

En dan nu alles laten bezinken en zoeken naar de volgende stap.
Wat is mijn onderzoeksvraag ook al weer? Hoe geven we betekenis aan onze ervaringen als niets blijvend is. Wat is de waarde van vasthouden of loslaten?
Ik voel dat ik mijn vraag concreter moet maken, maar in welke richting weet ik nog niet. Goed, ik ga er maar een paar nachtjes over slapen.
Nu alweer zin in volgende week.